Bord | Speler Bakkeveen 4 | Speler DSC 4 | Uitslag |
---|---|---|---|
1 | Pieter van der Zee | Ad van den Berk | 1 – 0 |
2 | Martinus Scheeringa | Albert Althuis | 1 – 0 |
3 | Bert Dassen | Jaap te Velde | ½ – ½ |
4 | Gerrit Schoenmaker | Albert Jan Meijer | 0 – 1 |
Albert Jan:
In het begin van de partij speelde Schoenmaker wat meer aanvallender. Toen gaf ik 2 pionnen weg en stond ik dus achter. Ik zag kans die 2 pionnen terug te winnen, maar mijn tegenstander bleef sterker staan. Toen begon mijn dame een aanval achter de vijandelijke linies. Dit was een enorme gok, of ik de dame niet zou verliezen, maar toen maakte Schoenmaker een fout, hij gaf de dame weg en was de partij beslist.
Albert:
Door de openingszet werd ik verrast, g4-g5. Verder liep de opening gelijk op. Door mijn lange rokade was de koningsstelling verzwakt. Daardoor kwam ik een pion achter. De witte koning, stond al midden op het bord en peuzelde nog een pion van mij op. Met elk een toren en koning ging het eindspel in, maar Martinus had nog 2 pionnen. Ik kon het daarbij niet meer remise maken en verloor.
Jaap:
Na de opening pf3/e6 en d4/d5 gaat het spel gelijk op. Dit blijft zo na afruil van lopers, paarden en dames. Na 35 zetten bied ik remise aan. Na enig overleg stemt mijn tegenstander hiermee in.
Ad:
Wij kwamen vrijwel gelijk uit de opening. Maar mijn tegenstander maakte het spel en ik kwam geleidelijk een paar pionnen in het achter. Door afruilen en agressief spel van Pieter van der Zee kon ik in het eindspel zijn pionnen voordeel niet meer keren.